Zo, die zit erin! Vanmiddag ben ik naar het ziekenhuis gegaan om een zogenaamde PICC-lijn te laten zetten: een soort kraantje dat permanent (tot het einde van de hele chemobehandelingen) in je arm blijft zitten zodat het infuus makkelijker in je aders gaat. Afgelopen keren deed dat infuus namelijk toch best wel wat pijn aan mijn armen (niet verschrikkelijk hoor, maar ook zeker niet fijn). Met die PICC-lijn zou je daar helemaal geen last meer van moeten hebben, en ook niet van de pleisters die ze anders van mijn tintelende armen af moeten trekken als ze dat infuus weer loskoppelen. En een ander bijkomend voordeel is dat ze er ook makkelijk bloed mee kunnen aftappen, wat ik ook elke 3 weken moet doen voordat er een nieuwe chemokuur begint. Al met al best wel praktisch dus, zo’n slangetje.
De keerzijde is natuurlijk wel dat je zoiets liever niet 24/7 aan je lijf hebt hangen, maar ja… mijn afweging was vooral dat als ik het uiteindelijk toch ga doen, dat ik het dan maar beter snel kan doen zodat ik er vaker profijt van heb. En ik voel het eerste infuus nu nog steeds in mijn arm (als een soort flinke blauwe plek), dus als ik mijn aders nog 4 van zulke opdonders geef heb ik daar straks nog tijden last van. En het zal vast wel wennen na een tijdje, zoals alles. Ik heb as we speak het verband nog om mijn arm zitten dus ik heb hem nog niet gezien, maar voor mijn gevoel valt het wel mee hoe groot hij is. En je draagt er dan een soort kousje omheen dat hem op zijn plaats houdt. Allemaal niet heel erg schokkend heb ik het idee.
Het inbrengen van dat slangetje viel me wel wat zwaarder dan ik had verwacht. Mede omdat ik mentaal even flink moest schakelen tussen mijn rustige chemovakantie en plotseling weer op een sfeerloze operatietafel liggen met allemaal gedoe en dokters om je heen. Mijn ader wilde ook niet echt meewerken waardoor ik er nog een extra verdoving bij moest krijgen, en net toen ik ze wilde gaan vragen of het vandaag nog wel ging lukken en of ze ook een plan B hadden, zei die radioloog ineens “zo, hij zit erin!”. Iets meer informatie tijdens die ingreep had van mij best gemogen, maar eind goed al goed en ik wilde die gast ook weer niet uit zijn concentratie halen. En nu ben ik weer een vreemde ervaring rijker! “Elk nadeel heb z’n voordeel”, toch?
En over vreemde ervaringen gesproken: waar ik simpelweg met mijn verstand niet bij kan is die naam van dat slangetje. Ik kreeg een korte informatieflyer mee van dat ding, en daar staat bovenaan in een groot flashy logo de naam “PowerPicc Solo 2” en een snelle bliksemschicht erdoorheen. Waarom in godsnaam? (en dan heb ik het nog niet eens over de melige schunnigheid van die Nederlandse uitspraak, daar blijf ik toch ook stiekem steeds wel kinderachtig om gniffelen hoor 😉 ). Maar zo’n slangetje is een medische noodzakelijkheid, niet iets waarvan je er 5 in de winkelschappen ziet staan en er dan uit pure wanhoop snel maar eentje instinctief in je winkelmandje gooit als je niet kunt kiezen. Wie proberen ze met die bliksem te overtuigen? De inkopers van het ziekenhuis misschien?
En als dat zo is, dan mag ik toch hopen dat zij zich door meer factoren hebben laten leiden dan de snelle merknaam van dat ding. Maar zou dat dan wel overal zo zijn gegaan, of zou er ergens in een ander ziekenhuis misschien wel ooit een inkoper zijn geweest die zei “jaaaa, die is misschien wel beter…. maar… hebben jullie die vette bliksemschicht wel gezien? Boeie wat jullie denken, doe mij graag tienduizend van die PowerPicc Solo’s alsjeblieft. Second edition graag. Dankuwel”
Ik zal het nooit weten, maar het raadsel laat me vooralsnog maar niet los. En dat is misschien maar goed ook, want dat leidt me wel een beetje af van het idee dat ik as we speak een slang uit mijn arm heb hangen. Wat een bizar idee zeg… en niet helemaal lekker. Maar ja, ik ga er maar zo snel mogelijk aan wennen. En maandag pluk ik er voor het eerst de vruchten van.
Maar niet voordat ik van mijn laatste vrije dagen ga genieten. Excellent!
Tot zover. Rein “PowerPicc Solo2” Onlein over & out!