Nee. Daar is het simpelweg te onzinnig voor. Alleen extreem literair zwakbegaafde mensen kunnen dergelijke proza op waarde schatten. De kans is dan ook groot dat jij nog geeneens kennis gemaakt hebt met de werkelijke essentie van dit absurde geraaskal. Speciaal om je te verlichten, hier alvast een klein tipje van de sluier uit een nieuw boek dat ik misschien nog wel eens ga publiceren. Aan de content zal het in elk geval niet liggen:
“Hoppa!”, zegt de bijrolspeler. “Tijd voor wat fravoure!”
“Ja maar wat wil je vandaag eten?”, vraagt iemand net niet.
“Wat een ingewikkeld elektriciteitschema” zegt iemand anders op een andere plek.
Tijd verstrijkt een beetje. Onheilspellend valt de gnoe om.
Lekkere gevoelens aldaar. Symboliek.
De plek is nu weer die van eerst, maar dan met andere personen.
“Supervet-vet-vet” klinkt de echo van de snorkel. Toch nog.
Einde van het volgende hoofdstuk.
Dit epistel ligt ooit naast de schappen van een boekhandel bij jou uit de buurt.